Karel oefent in het afscheid nemen van zijn vader. Sinds enkele weken weten ik hoe lastig het is om afscheid te nemen van datgene wat je soms vervloekt. Karel speelt luchtdrum en heeft het syndroom van Down. Hij is zo oud als ik(41) en als we samen aan het werk zijn dan valt hij soms stil en begint te huilen. Zijn vader ligt in het ziekenhuis. Zijn vader die een half jaar geleden tegen me zei: “ik zou Karel nooit gemist willen hebben. Ik heb veel normale kinderen maar het leven zonder Karel kan ik me niet voorstellen.”. Karel vloog dan rond zijn hals en kustte hem vol diepe zoenen. Die vader ligt op sterven en Karel moet van zijn begeleiding alvast oefenen in afscheid nemen. Dat doet hij door stil te staan en te huilen. Grote snikken op mijn schouder. Als hij dan voelt dat hij getroost wordt zet hij zijn snotterige wangen tegen de mijne en lacht breed en vol leven.
Karel en zijn vader oefenen al jaren het op een dag afscheid nemen maar nu wordt het spel werkelijkheid. Er is geen deur meer waar de vader van Karel zal binnenwandelen. Ook ik betrap me er de laatste weken op dat ik mijn vader wil bellen en horen hoe hij nog steeds niet weet wat ik nu eigenlijk aan het doen ben of toch doet alsof hij het niet weet. Hoe we over Karel en de andere spreken.
In mijn vriendenkring is er op dit ogenblik een grote golf ik – wil – zwanger – zijn en/of ik – wil – een tweede – want – alleen – is – toch – maar – alleen GEKTE.Van de eerste zaadlozing over de stand van de maan en het trekken van het vruchtwater, alles wordt besproken. En als het kind er dan is dan gaan ze zeker ook de nekplooi meten en als dat niet goed is een vlokkentest ofzoiets want en ik citeer:” stel u voor dat het ne mongool is!”. Ja, stel u dat voor. Wat doe je met de wetenschap dat je een foetus draagt die misschien het syndroom van Down heeft?
Zo kwam onlangs Erik (81) een repetitie bijwonen in HETGEVOLG. Erik heeft een luidde stem en roept te pas en te onpas. Hij houdt van theater maar met zijn geroep kan hij geen voorstellingen bijwonen dus was hij meer dan welkom op mijn repetitievloer.
Erik zat al meer dan veertig jaar in een instelling. Veertig jaar. Na de dood van zijn moeder was hij opgenomen om nooit meer weg te gaan. Veel bezoek kreeg hij niet en het weing aandacht dat ik hem gaf kustte hij mijn hand met zijn uit stekende tand.
Veertig jaar in een instelling en van het leven voor hij daar was wist zijn begeleidster niets. “Dat is van voor mijnen tijd.”, zei ze en gaf Erik zijn lievelingsdrankje, “Het zwarte goud. Erik drinkt graag koffie.”. Het hielp hem niet om rustiger te worden zoveel was wel duidelijk. Maar Erik dronk al veertig jaar graag koffie en waarschijnlijk stond dat ook op zijn papier toen hij veertig jaar geleden werd opgenomen. “Hij drinkt graag koffie.”. En hup, daar ging hij. We hadden één verbond, Erik had vroeger ook gewoond waar ik nu woon. De stad met de hoogste concentratie fijnstof in Vlaanderen, Borgerhout. Je hoopt een beter leven voor hem. “Hij weet niet beter.”, zei de begeleidster terwijl Erik als een walvis zijn sonore boodschap de wereld instuurt.
Misschien een boodschap die jij en ik niet begrijpen maar de Eriken die in deze wereld roepen wel.
Misschien een trilling door alle zwangere buiken van deze wereld die zegt; “laat ze komen maar vergeet het afscheid nemen niet te oefenen!”.
Misschien. Karel is aan het luchtdrummen, een begeleidster komt binnen en zegt dat Karels papa dood is. Karel kijkt naar de deur. Alsof het een oefening is en zijn vader elk moment kan binnen komen. Hij lacht naar me, breed en vol. Hij heeft het afscheid nemen geoefend. Dat had ik beter ook gedaan.
mooi ontroerend verhaal Stefan.
Dat schrijf je zeer warm en met heel veel liefde.
Mooi!
Zoals steeds weer zo mooi om te lezen, bij na te denken, te herkennen en te begrijpen.Bedankt Stefan en goeie moed bij het aanvaarden van het heengaan.
lieve