“Dat ge daar dan zo staat en dat ge dan niet weet of iemand zichzelf is maar ge denkt van wel want die persoon – ik ken hem – en hij is’t zo. Ik begon te schreien omdat ik dat nog nooit gezien had dat ge zoiets kunt doen en toch u zelf blijven.” Het was dit weekend in Kortrijk dat ik afscheid nam van mijn anderstalige nieuwkomers. Ze lieten zien – maar niet alles – wat we samen gemaakt hadden. Voor me staat een oudere vrouw en ze heeft natte ogen. Mijn anderstalige nieuwkomers genieten van de positieve commentaren, de blije gezichten en de algehele wereld waar ze normaal gezien geen deel van uit maken want ze hebben geen identiteitskaart. En je kan het draaien of keren hoe je wilt maar als je in dit land geen indentitietskaart hebt dan heb je hier als jongere geen plek. Dan kan je bijvoorbeeld niet naar de muziekacademie of een sportclub omdat je daar papieren voor moet invullen en dan gaat niet want je hebt geen identiteitskaart en geen nummer om op dat papier van die academie of club in te vullen. Ook al heb je bakken talent – want dat is toch het woord waar we graag naar zoeken, het woord maar niet de mensen. En ook al stijg je ver boven de gemiddelde Vlaming uit met je “talent” toch heb je dat nummer nodig om dat jawel, “talent” te tonen. Stilletjes draaien ze en verdwijnen in de mensenmassa. Later komen ze terug voor de tweede voorstelling behalve Abdel. Niemand weet waar hij is. En dat is kenmerkend voor dit project. Telkens ik terug kwam waren er enkele verdwenen. Terug naar hun land van herkomst gestuurd of in de anonimiteit verdwenen. Deze jongeren leven met de constante dreiging uitgewezen te worden. Voor even zijn ze welkom maar nergens thuis. Om dit project tot een goed einde te brengen moest ik de gedachte lossen dat ik er iets aan kon veranderen. Ik kon slechts simpel hier en nu bij hen zijn. Bij het afscheid droegen ze me op handen alsof we een Europacup gewonnen hadden, dansten en spraken uit alle werelddelen hun afscheidswoorden.
Het afscheid duurde lang. “Ik wil mis you.”, zei Mircha als laatste en hij draaide zich om en verdween met bakken “talent” dat we zouden moeten koesteren en helpen te ontwikkelen maar het liefst in cijfers en documenten gieten die niks met mensen te maken hebben. Zodat we ze makkelijk terug sturen. Zodat we onze geschiedenis niet hoeven te herschrijven. Zodat we zeker niet moeten overpeinzen hoe onze voorvaderen hier zelf zijn gekomen opzoek naar geluk, liefde en misschien wel een betere bodem dan degene waar zij vandaan kwamen.
Nu al spijt dat ik er niet bij kon zijn, en volgende week ook al niet.
Bewonderenswaardig hoe je de uitdagingen blijft aangaan. Proficiat mijn vriend!