We zijn midden jaren tachtig. En mijn vader heeft de leeftijd die ik nu heb. We slapen samen in een eenpersoonsbedje op een kamertje waarvan het vensterraam altijd open staat bij mijn tante Blondine in Bilzen. Ik zie de vlekken op mijn vaders huid, dezelfde vlekken waarvan mijn zoon Arthur nu zegt dat ik vlekken op mijn huid heb. Het is zomer en mijn vader snurkt en werkt in Antwerpen. Ik blijf alleen bij m’n tante Blondine en rijd als een bezetene de Kattenberg op en af in de hoop ooit de Tour de France te winnen. In de namiddag mag ik gaan helpen bij “Big Louis”, een taverne in Bilzen waarvan de eigenaar – den dikke Louis – bij het opstaan naar de frigo loopt zijn insulinespuit zet en tussen de sla gooit terwijl hij aan mij vraagt om een portie bitterballen voor hem te bakken. Eén portie zijn zes bitterballen in het frituur. Daarna mocht ik groenten snijden voor de Altamira Grill, een hete steen waar mensen zelf hun vlees en groenten op konden bakken. Als de stenen dan terugkwamen moest ik de afdrukken van te hard gebakken vlees en groenten eraf afschrobben. Die stenen waren een groot succes dus ik moest veel schrobben. Louis had een vaste ober,Bart. Hij kwam me soms halen in de keuken en dan keken we samen van achter de bar naar de mensen die in de taverne zaten. Hij brabbelde dan iets Bilzers en lachte en ik deed alsof ik het begreep en lachte ook. Zo kwam hij me ook altijd halen als die van Boeketje Vlaanderen van de steen kwam eten. Het was Gerty en ze woonde in Bilzen. Zeker één keer per week kwam ze bij Big Louis en zat ze aan de tafel van den dikke Louis te lachen en vlees te bakken op die steen. Dat was de tijd dat ik dacht dat het orkest dat je hoorde in films nog verstopt zat in de bosjes achter de personages die met veel drama hun woorden debiteerden. En zo was ook de magie groot dat Gerty Christoffels daar zat. Met haar prachtige ogen recht uit den tv. Daags nadien keek ik dan met tante Blondine naar Boeketje Vlaanderen en zocht de muzikanten terwijl tante Blondine riep; “Da’s één van Bilzen!”. Beetje later was Gerty weg uit Bilzen. Ze was verliefd geworden op een andere man en kwam niet meer in Bilzen. Louis en Bart keken naar de foto’s die ze hadden van hen met Gerty en het vaste voornemen ze op een dag eens in te kaderen en boven de glazen te hangen.
Daar Word ik blij van!