Ons land, ooit ontstaan uit een revolutie na het horen van een opera keert stilaan terug naar waar het vandaan komt. De opera die nu speelt is er eentje die laat zien dat de afzonderlijke bestanddelen duidelijk van elkaar gescheiden zijn. Maar nergens is er een muzikale boog, aria’s zijn vals, de koorzangen ontbreken en er is al helemaal geen dramatisch verloop. We zouden hier naar de regisseur kunnen wijzen maar die is enkel goed in het openen en sluiten van zijn poorten.Een individuele en statische regie dwingt ons landje tot een eenzaam dolende massa liggende lichamen die luisteren naar de ondergang die hen voorspelt wordt. Ik hoorde gisteren nog ergens anders in deze wereld de ondergang voorspellen maar die acteur had wel een goeie vermomming, helaas is hij ook hij geen begenadigd acteur! Ja, ’t is een vak, hé….Hier spelen de spelers, nauwelijks stemgevend, zonder enige zeggingskracht. Het orkest is zwak en vraagt meer repetitie maar de toeschouwers laten zich gelukkig met gemak overrompelen. Het nuchter verstand is wegsmolten als sneeuw voor de zon want de energiefacturen voor dit spetakel blijven hoog. Evenals de courante rekeningen die we voor – tijdens en na deze expressieloze pretentie moeten betalen. Positief aan dit alles is dat er stilaan een abstractie is gekomen in het denken van onze bevolking en dat is dan weer gefundenes fressen voor psychoanalytici met een slecht geweten die ons duidelijk maken dat wit de kleur van de hoop is en de maagdelijkheid! Dat laatste niet vergeten! Want ondertussen staan er in de coulissen veel stoute oude heren in het zwart gehuld en met hun kruis op hun revers die zich laten pijpen in de hoop dat hun stem goed zit om de volgende boutade in toneelopenig te gooien. Binnen dit en enkele jaren is er dan weer een nieuwe protagonist die iedereen oproept met een witte ballon en de vergeelde foto van een moederke in badjas gehuld in de straten van Brussel te protesteren tegen deze overgedimensioneerde rollen terwijl ze allerlei associaties roepen: “STOUT!”, “BOE!”, “AWOERT!” of een staking….Hopelijk spreken ze me aan om de dynamiek te regisseren. Ik zou ze – in de breedte van de straten- op een lijn van 20 mensen zetten in dezelfde kledij, zo maak ik me ook sympathiek bij de Brussels politie want dan kunnen ze makkelijker het aantal tellen. 20 mensen per lijn en honderd lijnen is 2000 mensen, ze kunnen zelfs per honderd lijnen tellen en ondertussen een pintje drinken. En zo is iedereen content. Vandaag hoorde ik iemand vragen of ons land een sterk merk is? De geïnterviewde begon zijn marketing job te verdedigen en zei dat we toch sterke troeven hebben. Dat er niet zoiets bestaat als slechte reclame. Ik had zin om te roepen: “Ja, dat zal allemaal. Maar d’r bestaat wel zoiets als ne slechte opera!”