Gisteren heb ik in Lommel afscheid genomen van “Wortel van Glas”, een voorstelling die ik zeven jaar geleden samen met Josse de Pauw maakte voor HETPALEIS. Toen was ik nog geen vader en gisteren zat mijn zesjarige zoon mee te leven en te dansen met de avonturen van Wortel. “Kijk naar de hemel, dat ben jij. Allemaal jij, allemaal stukjes van één grote ontploffing.” Met die woorden nam ik uiteindelijk afscheid en dat voelt vreemd. Deze voorstelling is een soort van “traject-begeleider” voor me geweest, in de periode dat ik ze heb gespeeld heb – én dat is heel logisch- heb ik veel ups en downs gekend maar telkens was er Wortel. Het leek alsof ik jaarlijks nog eens naar de woorden moest luisteren om weer verder te kunnen. Of zoals Wortel zei, ” we denken altijd dat het gaat over de dingen die we aan het doen zijn op het moment dat de woorden worden uitgesproken. Maar dat is niet zo, niet altijd zo. Soms vallen de woorden veel later op hun plek. Op een moment dat je ze het minst verwacht. Zo ineens. Lap. Woord.”. En dat is zo. In het begin bracht die gedachte een enorme onrust omdat ik steeds alles steeds in het hier en nu wilde begrijpen maar nu brengt het rust dat ik het soms nog niet weet. Dat samen met je partner of spelers ontdekken en toe te laten, in je leven en je werk vind ik het mooiste wat er is.
Mooi gezegd, Stefan. Proficiat! C’est la vie.